Aantekeningen |
- Getuigen doop: Isaac Dermout, Anna Joosting
http://www.geldersarchief.nl/zoeken/?miview=ldt&mivast=37&miadt=37&miq=131728526&miaet=18&micode=0176_198&minr=14257742&milang=nl&misort=last_mod|desc&mizk_alle=dermout&mizig=128
geb. ca. 1779, ovl. 's-Gravenhage 16-5-1836, ridder der orde van de Ned. Leeuw, proponent onder Over-Veluwe, werd 1-5-1801 beroepen te Zalk in de plaats van zijn broeder en 5-7-1801 door zijn neef J. J. Dermout, predikant te Amersfoort, bevestigd. In Juli 1805 bedankte hij voor het beroep naar Steenwijk, werd op 26-12-1805 beroepen naar Zaltbommel , nam dit aan, predikte op 11-5-1806 afscheid te Zalk en werd 18-5-1806 te Zaltbommel bevestigd door zijn ambtgenoot Ds. J. G. Kist. Hij bedankte voor een beroep op 23-12-1806 naar Gorinchem, werd in 1807 naar Arnhem beroepen, hetgeen hij aannam, predikte op 24-5-1807 afscheid te Zaltbommel en werd 31-5-1807 te Arnhem bevestigd door zijn ambtgenoot Ds. H. H. Donker Curtius. Voor de beroepen naar Rotterdam (18-9-1807) en 's-Gravenhage (21-9-1807), bedankte hij evenzo voor het beroep naar Leiden van 4-3-1808. Het beroep naar 's-Gravenhage 4-10-1809 nam hij aan en hij werd daar 3-12-1809 bevestigd door zijn ambtgenoot, Ds. B. Verwey
Predikant te Zalk, Zaltbommel, Arnhem en den Haag. Zijn zoon Jan Jacob was predikant in Heerjansdam en Voorschoten en is in 1900 overleden. Een andere zoon Willem Jan Otto (1823-1904) was predikant in Zalk, Wijhe en Dordrecht (1853-1875).
Volgens De Navorscher 1900: Isaac Sluiter, zoon van Johannes, pred. te Garderen. Proponent geworden onder Over-Veluwe , werd hij 1 Mei 1801 beroepen te Zalk in de plaats zijns broeders en 5 Juli door zijn neef J. J. Dermout, pred. te Amersfoort, bevestigd. In Juli 1805 bedankte hij voor het beroep naar Steenwijk; 26 Dec. van dat jaar beroepen zijnde te Z tlt-Bommel , nam hij dit aan, predikte 11 Mei 1806 afscheid te Zalk en werd 18 Mei te Z.-Bommel bevestigd door zijn ambtgenoot J. G. Kist. 23 Dec. 1806 te Gorinchem beroepen bedankte hij. In 1807 werd hij te Arnhem beroepen, dit nam hij aan, predikte 24 Mei afscheid te Z.-Bommel en werd 31 Mei te A. bevestigd door z;jn ambtgenoot H. H. Donker Curtius. Voor de beroepen naar Rotterdam (18 Sept.) en s Gravenhage (21 Sept.) in dat jaar, bedankte hij evenzoo voor het beroep naar Leiden van 4 Maart 1808. 4 Oct. 1809 te s Gravenhage beroepen, nam hij dat beroep aan en werd daar 3 Dec. bevestigd door zijn ambtgenoot, B. Verwey. Hij was de behuwdbroeder van Adrianus Leonardus van der Boon Mesch, laatst pred. te Leeuwarden, die gehuwd was met Constantia Metelerkamp. Hij was ridder in de orde van de Nederlandse Leeuw.
|